Mensen zonder arbeidsovereenkomst, maar die op basis van een overeenkomst van
opdracht werken (OVO), gaan minimaal het wettelijk minimumloon (WML) verdienen.
De Eerste Kamer heeft vanmiddag ingestemd met een wetsvoorstel hiervoor van
minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Door betaling van het
minimumloon aan deze groep moet misbruik van opdrachtnemers worden
voorkomen.
Minister Asscher ziet deze wet als een belangrijke stap in het verbeteren van
de positie van werkenden zonder arbeidsovereenkomst. Naar schatting circa 50.000
mensen (denk aan postbezorgers), die werken op basis van een OVO, krijgen
automatisch recht op het minimumloon.In de huidige situatie geldt het WML alleen voor iemand die werkt op basis van een overeenkomst van opdracht als hij zich niet mag laten vervangen door een ander. Dit criterium blijkt in de praktijk gemakkelijk te omzeilen, waardoor de opdrachtgever geen Wml hoeft te betalen. Met deze wet wordt dit voorkomen.
Het Wml geldt niet voor zelfstandige ondernemers. Zij hebben een andere positie op de arbeidsmarkt. De wetswijziging gaat zes maanden na publicatie in het Staatsblad in werking.
0 reacties:
Een reactie posten